Historisch verhaal
Gedenktuin en museum
Gedenktuin
De Gedenktuin is een bijzondere plek. Over een periode van 25 jaar hebben de begraafplaatsbeheerders van de gemeente Den Helder en leden van de Stichting Historische grafmonumenten een flink aantal graftekens bewaard. Dit uit respect voor de personen en/of de ambachtelijke kwaliteit van de graftekens.
De gemeente wilde hier een verzorgde, aantrekkelijke plek creëren, om op een respectvolle manier de mensen die hier werden verstrooid, te gedenken. Daarom gebruiken we hier bewust de naam Gedenktuin.
Die verzamelde graftekens vind je hier terug; er zijn 8 groepjes met elk een eigen thema.
Een leuk weetje: de graftekens die van oorsprong om godsdienstige redenen op het oosten gericht waren, staan ook nu op het oosten gericht. Daar waar dat niet speelde zijn ze op het westen gericht.
1. Ambachtelijke vaardigheden
Graftekens van natuursteen werden tot circa 1950 altijd met de hand gemaakt. Elke grafsteen van voor de Tweede Wereld oorlog is feitelijk een uniek stukje ambachtswerk. Iedere steenhouwer had zijn eigen ‘hand’ van steen bewerken. Daarom zien we soms overeenkomsten, zeker als er in een plaats maar een of twee steenhouwers waren. Dit groepje grafstenen zijn stuk voor stuk ambachtelijke hoogstandjes. Tegenwoordige steenhouwers zullen hun vingers erbij aflikken. Het is ongelofelijk te zien met welke vaste hand en creativiteit de grafstenen zijn gemaakt.
Letters
Op drie van de grafstenen in dit groepje bestaat de tekst uit verheven letters in een verdiept (eerst uitgebeiteld) veld; de steenhouwer hakte het materiaal rondom de letters weg. Dat gebeurde met een puntbeitel, u kunt de slag nog zien. Dit noemen we bouchardeerwerk. Op de steen met de halfronde bovenzijde ziet u dat rechte en schrijfletters zijn gecombineerd. De schrijfletter zien we zelden meer op grafstenen. Met een goede lichtval kunt u lezen:
Den 5 September 1713” en daaronder de naam “Jantje Pieters……, huysvrouw van ……”.
Ornamenten
De twee grafstenen met rijk bewerkte topversieringen zijn kunstig vervaardigd. De meest linkse grafsteen, die van Jannetje Zwaan uit 1890, is bewerkt met een asymmetrisch bloemmotief. De liggende steen met de afbeelding van een schip (rechts) blinkt uit vanwege zijn buitengewone gedetailleerdheid, bijvoorbeeld in de mast van de boot.
De steen met een fotootje van Wilhelmina Bakker stamt uit het begin van de 20e eeuw. De toen pasontwikkelde fotografie bood de mogelijkheid om een grafteken een persoonlijk kenmerk te geven. De fotootjes werden op keramieken plaatjes afgedrukt. Ze zijn steeds zeldzamer geworden omdat veel keramiekplaatjes inmiddels verloren zijn gegaan door breuk of invloeden van weer en wind.
2. Bijzonder oude graftekens
Afwijkend
Toch waren er toen ook al afwijkende grafstenen. Een kleine puzzel is de steen met de letters H L B G, wat staat voor Hier Leyt Begraven. Bovenaan staan de initialen van de overledene, daaronder M (maand) 3 en D (dag) 16 en het jaartal 1738. Deze persoon is dus overleden op 16 maart 1738. De steen heeft overigens ook de kenmerkende vorm die vroeger veel gezien werd in het Waddenzeegebied. Zie ook het groepje grafstenen hiernaast. Een sterfdatum wordt ook wel aangegeven als: ‘is gerust’. Voorbeelden zijn de grafstenen van Lammert Joosten Pelt (1689) en Aefjen Jacobs Janbroer “huysvrouw” van Cornelis Kooter uit 1781. In de top van de steen staan vaak eenvoudige tekens, zoals een kruis bij een gelovige persoon of een merkteken. Zo’n merkteken was eigenlijk een soort familiehandtekening.
Marytie Muller
Een rijkere bewerking zien we op de grafsteen van Marytie Muller (17031762). Vrouwen speelden nauwelijks een rol in het openbare leven en alleen daarom al is deze steen met allure bijzonder. Misschien komt dat omdat Marytie respect afdwong. Zij heeft namelijk flink van zich laten horen toen haar man onterecht gevangen werd gehouden in Callantsoog. Zij richtte zich zelfs tot de Staten van Holland en heeft daarmee haar man weer vrij gekregen. Luister of bekijk wat Jan Ambriola daarover vertelt.
3. Christelijke symboliek
Het christelijke geloof kent vanuit de traditie veel symboliek. Het belangrijkste symbool is het Latijnse kruis. Het symboliseert het lijden en de overwinning van Jezus op de dood. Christenen geloven dat Jezus Christus door te sterven aan het kruis Gods straf voor de zonden van de mens op zich nam en dat hij daardoor de weg naar de hemel voor ons heeft vrij gemaakt. Al ver voor het christendom gebruikten heel veel oude culturen het kruis als symbool. Het stond ook toen al voor verzoening, levenskracht, geluk en heiligheid. Op katholieke begraafplaatsen treffen we vaak kruisvormige graftekens aan. Hier, op de algemene begraafplaats, zien we vooral de soberdere afbeeldingen van een kruis in de top van de grafsteen.
Monogrammen
Al in de eerste eeuwen van het Christendom werden er Christusmonogrammen gemaakt. Dat zijn eeuwenoude lettercombinaties die verwijzen naar Jezus Christus. Zo’n Christusmonogram bestaat bijvoorbeeld uit de letters I H S. Dit wordt meestal uitgelegd als Iesus Hominum Salvator (Jezus de redder van de mens). Soms ook als In Hoc Signo (in dit teken zult gij overwinnen).
Een fraai voorbeeld ziet u op het lage grafmonumentje vooraan, met een grote P en daaronder de X. Hieraan zijn de Alpha en Omega (de A en O) toegevoegd, de eerste en de laatste letter van het klassieke Griekse alfabet, dat symbool staat voor de almacht van God, het begin en eind van alle dingen.
4. Soorten graftekens: de luxere varianten
Op begraafplaatsen treft u verschillende soorten gedenktekens aan. De meest voorkomende zijn:
– zerken (liggende grafstenen)
– stèles (staande grafstenen)
– grafmonumenten (vaak meerzijdig en van bijzondere vormgeving en grootte)
Het grafmonument dat hier centraal staat, bestaat uit een hardstenen obelisk met de vermelding FAMILIGRAF. Er staat geen naam op. Het is niet meer te achterhalen welke familie dit rijke grafmonument heeft laten plaatsen. Na de Franse tijd werd de obelisk in de 19e eeuw een populair gedenkteken. Hij staat symbool voor standvastigheid en deugd. Dit anonieme grafmonument heeft een centrale plaats in deze gedenktuin gekregen als herinnering aan alle mensen die hier op Huisduinen de afgelopen eeuwen zijn begraven of verstrooid.
Wapens en ornamenten
Op de hardstenen zerk links ziet u aan de bovenzijde twee alliantiewapens. Ze verwijzen naar het echtpaar Bouricius en van Stock en De Wijs. Gerlacus Bouricius werkte als ontvanger van de Directe Belastingen in Den Helder. Hij overleed op 20 december 1900 in Voorburg. Hij was getrouwd met Aletta Johanna Wijnanda van Stock de Wijs, overleden 22 april 1883. Beiden kwamen uit vooraanstaande, niet adellijke families.
De stèle rechts is van marmer. Het is door de tijd enigszins verkleurd. Vooral de licht gebogen bovenzijde is rijk uitgevoerd met krul en spiraalvormige ornamenten aan het uiteinde. Een lauwerkrans in de top verwijst naar overwinning en roem en is een teken van eerbetoon. De rijke decoratie toont het welvaren van de onbekende familie Smit.
5. Materialen
Grafstenen
Op de meeste oude begraafplaatsen overheersen nog altijd de Belgisch hardstenen graftekens. Ook hier, op de Huisduiner begraafplaats. Dit hardsteen kwam vanaf de zestiende eeuw vanuit Namen en Doornik (België) over de rivieren ons land binnen. Dat veranderde vanaf 1900, toen de vervoersmiddelen zich verder ontwikkelden. Dan is het ook mogelijk om materialen uit verdere streken naar Nederland te halen, zoals marmer uit Italië. Na de Tweede Wereldoorlog gebruikte men vaker graniet voor grafstenen, afkomstig uit Noorwegen of het Verre Oosten.
Kwaliteitsverschil
Omdat hardsteen een natuurproduct is, kan het erg variëren in kwaliteit. Heel oude stenen kunnen er nog goed bij staan, terwijl jongere gebarsten of gescheurd kunnen zijn. Sommige hardstenen graftekens in deze gedenktuin laten reparaties uit het verleden zien. De marmeren obelisk op het hardstenen voetstuk stamt uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Marmer heeft als nadeel dat het niet goed tegen het Hollandse klimaat kan; op den duur verkleurt of versuikert het. Het grafmonument hier is nog van redelijk goede kwaliteit. Het granieten exemplaar is gepolijst. In een medaillon ziet u de afbeelding van een (treur)boom. Graniet is sterk en onderhoudsarm.
Heel zeldzaam zijn houten graftekens. In dit groepje ziet u een replica van een houten gedenkteken dat tot circa 2000 op deze begraafplaats heeft gestaan. Houten exemplaren vergaan snel als zij niet geconserveerd zijn. Op de begraafplaats zelf staan er nog drie in de vakken G en F, wat heel bijzonder is.
Helemaal links staat een grafteken uit onze moderne industriële cultuur. Het is in een mal gegoten en fabrieksmatig geproduceerd. Het beeldt een treurende persoon uit.
Vlak boven de grond staan enkele gietijzeren grafnummerbordjes. Tot ver in de twintigste eeuw werden die altijd bij een graf in de grond gestoken. Als een van de weinige gemeenten heeft Den Helder er nog een aantal als herinnering bewaard.
6. Symboliek op grafstenen
De beeldtaal op graftekens stamt uit een ver verleden. Nog niet veel mensen konden lezen en schrijven, maar iedereen begreep de symbolen rond de dood. Langzamerhand zijn wij die vergeten beeldtaal aan het ontleden en begrijpen. Een duidelijk voorbeeld van symboliek is de doodskop met daaronder doodsbeenderen.
Planten
We zien veel afbeeldingen van een bloem met het hart geopend naar het zonlicht. Dit algemene symbool staat voor de mens die zijn ziel opent voor God. De bloem verwijst ook naar het vergankelijke leven en de kortstondigheid ervan. In dit groepje zien we enkele van dergelijke soort bloemmotieven. Ook een palmtak komt veel voor. Die verwijst naar de overwinning, in dit geval op de dood. De treurboom verbeeldt de tranenregen die naar beneden valt, hier afgebeeld op de marmeren steen. De schelp staat voor vruchtbaarheid, liefde, huwelijk en leven. De klimop werd vaak op graftekens gezet vanwege haar kenmerken als hechtende plant, wat staat voor gehechtheid, vriendschap en liefde.
Dieren
In de symboliek wordt ook regelmatig verwezen naar de eigenschappen van dieren. Inmiddels kennen we van vele de betekenissen. Niet hier aanwezig maar regelmatig terugkerend zijn bijvoorbeeld: de hond, afgebeeld als symbool van trouw en waakzaamheid; de feniks als de vogel die herrijst uit de as en die staat voor Christus en zijn opstanding; de slang die in zijn eigen staart bijt, symbool voor de continuïteit van het leven; de vleermuis als symbool voor de nacht (de dood) en de vlinder als symbool voor de ziel die uit het stoffelijk omhulsel ten hemel stijgt.
7. Waddenzee-graftekens
Waddenzee graftekens
Kenmerkend voor het Waddenzeegebied zijn graftekens in een afgeleide vorm van de menselijke figuur. Graftekens die aan de bovenzijde een vorm van een hoofd met hals hebben, komen alleen in het Waddenzeegebied voor. Omdat Huisduinen tot in de 17e eeuw een Waddeneiland was, komen we ze op deze begraafplaats tegen. Een verklaring voor deze vorm is niet bekend. Het kan zijn dat nabestaanden op deze manier graag terugdachten aan de overledene, alsof die in een gewijzigde vorm nog een beetje aanwezig was.
Rechts ziet u een enigszins frêle en opvallende steen, die van Cornelis Pietersen de Jong. Deze heeft een ‘halsje‘ en ‘schoudertjes‘. Onder de naam staat: “In den Heeren gerust den 9 februarij 1827 in den ouderdom van 69 jaaren, 8 maanden en 23 dagen. Geboren aan de St. Maartensbrug in de Zype.” Het is bijzonder dat deze steen met zijn kwetsbare vorm al zo’n 200 jaar ongeschonden op de begraafplaats staat.
Gelijkend
Bij de inrichting van deze gedenktuin bleek dat twee grafstenen bijna dezelfde hoofdvorm hebben én dat zij eigenlijk bij elkaar horen. Op de tweede steen van rechts staat de naam van J. de Groot: “in leven hoofdonderwijzer te Huisduinen” De andere steen, de vierde van rechts, is van M. Schouten: “huisvrouw van J. de Groot”.
Vanwege de gelijkenis is de kans groot dat het om een echtpaar gaat. Bij J. de Groot staat geen leeftijd vermeld, bij M. Schouten wel. De datum is lastig te lezen, maar is zeer waarschijnlijk 2 april 1852. Beiden zouden ongeveer begin 19e eeuw geboren moeten zijn. Ook de maker van de stenen is waarschijnlijk dezelfde.
De grafsteen van Pieter Meurs is wat jonger. Hij heeft een iets andere, sterker benadrukte top. Daarmee is het een afgeleide van de uitgesproken Waddenzeevorm.
8. Zeevaart
Zeevaart-grafstenen
Het Marsdiep is eeuwenlang van groot belang geweest voor de handel op Amsterdam. De ligging van Den Helder omgeven door water maakte dat de bewoners altijd werk hebben gehad dat aan de walvisvaart, het loodswezen, de visserij of aan de Marine verbonden was. Al in de 17e eeuw voeren koopvaardijschepen op ‘de Oost’. Ze lagen soms weken op de rede van Texel te wachten op goede wind. Dit betekende handel voor Den Helder!
En dat droeg bij aan de welvaart in deze periode. We zien dat terug in de grafstenen. In de Franse tijd kwam Napoleon naar Den Helder. Hij besloot hier, in ‘het Gibraltar van het noorden’ de grootste marinebasis van Nederland te bouwen, inclusief Rijkswerf. Op de begraafplaats komen we de invloed van de Marine in vele vormen weer tegen.
Post
In de top van de grote grafsteen links in dit groepje, ziet u het toenmalige logo van de post en telegrafiedienst.
De steen hoort bij Pieter Klein, “in leven brievenbesteller alhier”. In een periode dat er nog geen telex, telefoon of smartphone was werd zijn beroep waarschijnlijk hoog gewaardeerd. De familieleden van de vele Helderse zeevarenden meestal wekenlang van huis zullen vaak reikhalzend naar zijn komst hebben uitgekeken…
Zeeredder
In de steen van Coenraad Bot (rechts) staat in de top een haringvlet afgebeeld. Bot was haringvisser maar is vooral bekend geworden door de vele reddingen op zee die hij op zijn naam heeft staan. Hij voer vanaf 1887 onder gezag van Dorus Rijkers. In 1901 werd Coenraad Bot door zijn zoon opgevolgd. De tekst op de grafsteen van Coenraad is geschreven in bijzonder vormgegeven letters. Gezien het Jugendstilkarakter lijkt de steen te stammen uit het begin van de 20e eeuw.
In 1908 werd in Utrecht de vereniging ‘Moed, Volharding en Zelfopoffering‘ opgericht om de belangen van oudredders te behartigen. Dorus Rijkers werd de president van de eerste Helderse afdeling. Het teken M.V.Z. zien we nog regelmatig terug op graftekens op de Huisduiner begraafplaats en ook bij twee grafstenen in dit groepje.
Dit verhaal is geschreven door Anita van Breugel. Bekijk de informatiefolder hier.