Verhalen
Algemene
begraafplaats

Kindergraven

Kindergraven

Op de Joodse begraafplaats in Huisduinen vinden we geen aparte sectie voor kindergraven zoals tegenwoordig gebruikelijk is. In plaats daarvan rusten overleden Joodse kinderen op verschillende plekken op de begraafplaats. Op hun vaak kleine stenen worden de opschriften steeds moeilijker leesbaar. Een aantal kindergraven blijft zichtbaar. Enkele voorbeelden zijn het graf van Gompel Buitenkant, een 13-jarige zoon van de bekende ‘Eikie’ Buitenkant, en Ernst Coltof, een drie maanden oud jongetje. Ook de grafstenen van Aaltje Groen, David Hes, Philip Kannewasser, Jetje Oudkerk, Meijer Oudkerk, Benedictus Polak, Betsy Polak, en Martijn van Praag herinneren aan jonge levens die vroegtijdig eindigden. De inscripties op de stenen tonen een variatie van ontroerende teksten en verhalen over deze kinderen, waarvan sommigen slechts enkele dagen tot enkele jaren oud waren. Jack Ambriola vertelt.

Louis Boas

Louis Boas

Louis Boas, een kapitein der infanterie, wordt herinnerd bij de oudste grafsteen (1827) van de Joodse begraafplaats in Huisduinen. Hij overleed op 30-jarige leeftijd aan verwondingen opgelopen bij de schipbreuk van ‘Zijner Majesteits Wassenaar’ in 1827. Het schip strandde na het uitvaren op 12 januari van dat jaar door harde westenwinden. Ondanks reddingspogingen en het redden van veel opvarenden, overleed Louis Boas aan zijn verwondingen op 26 januari 1827. Zijn leven wordt herdacht bij dit grafteken dat stamt uit de begintijd van de begraafplaats. De reden dat veel van de andere graftekens uit die tijd verloren zijn gegaan is dat zij vaak van hout gemaakt werden. Dat maakt deze steen extra bijzonder.

Martie Klaes

Martie Klaes

Dit is het verhaal achter de oudste steen op de begraafplaats: die van Martie Klaes. Deze bijzondere steen is van de vrouw van Jan Dirkse Rijkers. Ze overleed al op haar 30e. Maar dankzij het geld dat Rijkers als walvisvaarder had verdiend, kon hij een kwalitatief goede steen voor haar graf kopen. Zo heeft haar steen de tand des tijds doorstaan. Jack Ambriola vertelt.

Dooitse Hinxt

Dooitse Hinxt

De grafsteen van Dooitse Eelkes Hinxt, kaptein op zee bij de Bataafse Republiek, is bijzonder opvallend om verschillende redenen, zoals de vorm en gravering. Maar behalve zijn unieke grafzerk zijn er nog vele andere bijzondere verhalen over hem te vertellen zoals hoe hij van zeeman in de koopvaardij uitgroeide tot kapitein op de oorlogsvloot. Zijn leven kwam echter tot een abrupt einde tijdens de Slag bij Kamperduin op 11 oktober 1797. Gedurende een uur leidde Hinxt zijn schip, de ‘Beschermer’, dapper tegen een overmacht, maar raakte uiteindelijk gevaarlijke gewond, waaraan hij enkele dagen later overleed. Zijn dood betekende niet alleen een verlies voor de Bataafse marine, maar ook een symbolische nederlaag voor de Nederlandse vloot, die zwaar werd verslagen door de Britse krachten. Jack Ambriola vertelt.

Cornelis van Herwerden

Cornelis van Herwerden

Cornelis van Herwerden (1765-1817) was een prominente figuur in Den Helder tijdens de Franse overheersing. Als baljuw/schout, dijkgraaf van de polder Huisduinen, en notaris bekleedde hij belangrijke functies in de lokale samenleving. Maar ook nadat hij was ontheven van zijn ambt als baljuw bleef van Herwerden actief betrokken bij het bestuur, zelfs toen het politieke landschap ingrijpend veranderde door de Franse inlijving in 1811. Ondanks de uitdagingen van inkwartiering van troepen en politieke onrust, slaagde Van Herwerden erin om een aantal hervormingen door te voeren, zoals verbeteringen op het gebied van belastingen, onderwijs, gezondheidszorg, en de burgerlijke stand. Zijn leiderschap en vastberadenheid waren cruciaal tijdens deze turbulente periode in Den Helder. Na zijn dood in 1817 werd hij opgevolgd door zijn zoon Cornelis Theodorus van Herwerden, die zijn vader eveneens in diverse functies diende voordat hij burgemeester werd. Er is ook een straat naar hem vernoemd. Jack Ambriola vertelt het verhaal,

Roelof Robijn

Roelof Robijn (1727-1781) was een vooraanstaande figuur in de maritieme geschiedenis van Den Helder en Huisduinen. Als commandeur der Oostindische Compagnie (VOC) op de rede van Texel hield hij toezicht op het laden en lossen van VOC-schepen. Robijn kwam uit een welvarende familie, met zijn vader, commandeur ter walvisvaart Robijn Rijntjes, die hem aanzienlijke rijkdom naliet. Met een vermogen van vijftigduizend gulden was Roelof Robijn een van de rijkste inwoners van Den Helder in de 18e eeuw. Ook zijn carrière als commandeur bij de VOC bracht hem, naast prestige, substantiële financiële voordelen. Dit was echter geen garantie op persoonlijke welvaart. Dat bleek wel na de financiële neergang van de VOC als gevolg van de vierde Engelse oorlog in de tweede helft van de 18e eeuw. Roelof Robijn stierf echter in september 1781, vlak vóór het hoogtepunt van de financiële crisis van de VOC. Maarten Noot vertelt.

Jacob Giltjes

Jacob Giltjes

Jacob Meyertszoon Giltjes was als tonneman belast met het verplaatsen van betonning en bakens voor de veilige vaart op de Zuiderzee. Hiermee vervulde hij een cruciale rol in de navigatie van schepen. Het was een verantwoordelijke positie die nauwkeurigheid en kennis vereiste. Daarnaast was Jacob ook actief als kaagschipper, wat hem aanzienlijke welvaart bracht. Met zijn schip de “Goede Vrienden” voer hij op de Zuiderzee en voerde handelsreizen uit. Jacob Giltjes was zo een bekend figuur in de maritieme wereld en ook een gerespecteerd lid van de lokale gemeenschap. Hij overleed op 70-jarige leeftijd in 1811, achterlatend een indrukwekkende erfenis in de geschiedenis van Den Helder. Maarten Noot vertelt.

Kersje Visser

Kersje Visser

Kersje Visser (1693-1776) staat bekend als een invloedrijke en kleurrijke figuur die als baljuw, schout en dijkgraaf opkwam voor rechtvaardigheid in Den Helder. Zijn benoeming tot baljuw en schout in 1751 markeerde het begin van zijn meest opmerkelijke periode in de lokale politiek. In deze rol was Visser niet bang om tegen onrechtvaardigheid op te treden, zelfs als dit leidde tot conflicten met andere lokale autoriteiten. Hij streed voor de belangen van kleine bergers en vissers en was berucht om zijn confrontaties met scheepsagenten en marine-autoriteiten. Zijn strikte rechtvaardigheid en vastberadenheid om op te komen voor de zwakkeren in de samenleving maakten hem tot een gerespecteerde figuur, ondanks zijn soms controversiële optreden. Ondanks dat inmiddels tweeëneenhalve eeuw verstreken zijn, is het verhaal van Kersje Visser nog terug te zien in meerdere straatnamen: de Kersje Visserstraat, Baljuwstraat en de Schout en Schepenstraat. Jack Ambriola vertelt.

Het kindergraf van Marye Jansdochter Kastrikom

Marye Jansdochter Kastrikom

In de 18e eeuw kwam kindersterfte relatief veel voor, een gemiddelde vader moest in die tijd zeker 10 keer de gang naar de begraafplaats maken. Marije Jansdochter Kastrikom was een jong meisje dat slechts negen jaar oud was toen ze op 15 oktober 1749 overleed. Op haar grafsteen staat een handmerk, waarschijnlijk dat van haar vader, Jan Claasz. Kastrikom. Later, in de 19e eeuw werd het gebruikelijk om een symbool van een vroegtijdig afgebroken leven op de steen van een kindergraf te plaatsen. Haar vader, een commandeur ter walvisvaart, had voldoende middelen, maar kon het noodlot niet afwenden. Het verlies van Marije was slechts een van de vele tragedies die het gezin Kastrikom troffen; later zou ook haar broer Klaas, een commandeur zoals zijn vader, op tragische wijze om het leven komen op de ijsvelden voor de kust van Groenland. Jack Ambriola vertelt.

Diewer Pieters

Diewer Pieters

De grafzerk van Diewer Pieters is de op één na oudste nog aanwezige grafzerk uit de jaren 70 van de 17e eeuw en behoorde toe aan een rijke dame die een bijzonder schenking deed aan de kerk van Den Helder: een kerkorgel. Dit was uitzonderlijk aan de ene kant omdat deze grote schenking kwam van een vrouw over wie we weinig tot niets weten, en aan de andere kant omdat in die tijd dorpen als Huisduinen zelfden over een kerkorgel beschikten. Helaas is het orgel dat Dieuwertje schonk verloren gegaan circa 130 jaar nadat Pieter Bakker hem had gebouwd. Desondanks heeft het goede verdienste gedaan. En als herinnering en blijk van dank prijkt er nog altijd een orgeltje bovenaan Diewertjes steen. Jack Ambriola vertelt.